GRONINGEN – Een interessante tweet, gedachte die Jack Suiveer afgelopen week verspreidde. “Woensdag een KEI van een basketbalinterland. Een goed voorbereide actie van de NBB met 5.000 eerstejaars had een volle bak op kunnen leveren.” Het voormalig bestuurslid van GasTerra Flames sloeg daarmee de spijker op zijn kop. De basketbalinterland Nederland – Israël verwelkomde alsnog 1200 toeschouwers, maar het had allemaal zoveel mooier kunnen zijn.
Het is crisis in basketballand, vijf voor twaalf voor de NBB en FEB. Het Nederlandse basketbal staat er slecht voor en de landelijke media-aandacht houdt zeker niet over. Tijd voor actie, zou je haast denken. Er dient iets te gebeuren, wil de Eredivisie überhaupt blijven bestaan en de Nederlandse profs een podium hebben om zich in de kijker te spelen. Vorige week woensdag was het dus tijd voor Nederland – Israël, het kwalificatieduel voor het EK in 2015. Nu is het te verklaren dat het Nederlands basketbalteam wellicht minder leeft dan ‘Donar’, aangezien de fanbase van deze club veruit de grootste is van Nederland. De organisatie van de wedstrijd heeft echter een grote kans gemist om de sport voor een potentieel publiek te promoten.
Het KEI-bestuur onder leiding van Max Dannenburg mocht vorige week maandag namelijk een recordaantal studenten verwelkomen. Meer dan 5000 eerstejaars deden mee aan het grote introductie-evenement. Wanneer pakweg tien procent door de organisatie van deze interland naar MartiniPlaza was gelokt én deze uitbundige studenten er een feestje van hadden gemaakt, had de hardwerkende equipe van bondscoach Toon van Helfteren het podium gekregen dat het verdiende. Nu moest het Nederlandsbasketbalteam het doen met pakweg 1200 toeschouwers. Niet slecht, maar gezien de capaciteit van MartiniPlaza (4100) een gemiste kans. Met 5000 eerstejaars studenten in de stad, tientallen basketbalverenigingen in Noord-Nederland met honderden leden lag er een kans om er een mooi basketbalfeest van te maken. Daar is inderdaad organisatiekracht voor nodig, maar niets doen is in deze fase van het Neerlands basketbal geen optie. De sport glijdt alleen maar verder af, en eigenlijk is dat doodzonde.
Wat dat betreft kan het basketbal veel leren van andere sporten. Niet alleen omdat het een ruimer budget heeft, maar de marketing van de KNVB is op zichzelf al een stuk beter geregeld. Hoe vaak gebeurt het niet dat er bij een interland van een vertegenwoordigend jeugdelftal de omliggende clubs worden aangeschreven om met korting kaarten te kopen? Ook dat had hier prima gekund. Het had zo mooi kunnen zijn. Met vele toeschouwers, een opzwepende stadionspeaker én de prima akoestiek van MartiniPlaza had er een feestje kunnen ontstaan. Nu was het te gezapig en ging Nederland ondanks hard werken alsnog onderuit in het vierde kwart. Deze prachtige sport had beter verdiend.
Martijn Folkers