HAREN/ZEERIJP – Een speldenprikje over de herindeling van Patrick Brouns (CDA) richting D66 en een sneer van William Moorlag (PvdA) naar SP’er Jan Hein Mastenbroek. Dat is in het kort de oogst van de verkiezingsdebatten van afgelopen donderdag en zaterdag. In de raadszaal in Haren en het tv-debat in Zeerijp wilde verder niet echt ontvlammen. Daardoor blijven de Provinciale Statenverkiezingen een tikkeltje kleurloos tot dusver.
Want in hoeverre is een debat zoals afgelopen donderdagavond in Haren nou interessant? Voorafgaand aan het debat vroeg spreekstalmeester Wouter Heijne aan het publiek wie nog een zwevende kiezer was, en dat waren er slechts twee. Met andere woorden, dergelijke bijeenkomsten hebben eigenlijk niet zoveel nut. De aandacht van derden is minimaal, het zijn louter leden van de aanwezige partijen die de tribune kleur geven.
En die aanwezige partijgenoten van lijsttrekkers en afgevaardigden twitteren vooral over het feit dat hun collega-partijen haast belachelijke standpunten hebben en hun eigen woordvoerder heeft het vaak uitstekend gedaan. Hoe serieus kun je dat nemen? Het zou mooi zijn als lokale en provinciale politiek meer zou leven en ‘zwevende kiezers’ bij een debat als in Haren aanwezig zouden zijn die écht kritische vragen zouden stellen aan de lijsttrekkers. De kloof tussen de politiek en de burger is dus weldegelijk levensgroot.
Daar ligt dus een taak voor de PvdA, VVD, CDA, ChristenUnie, D66, GroenLinks, SP, PVV en Partij voor de Dieren. Dat bouw je niet om in één week richting de verkiezingen, maar de provinciale politiek mag zich na 18 maart wel de opdracht geven om aan de Groningers duidelijk te maken welke belangrijke rol ze nou eigenlijk vervullen. Want wat partijen als de PVV en de SP doen, de provinciale stem vooral richting het landelijke betrekken, doet het beeld van de regionale politiek geen goed. Met andere woorden, je zou dan als partij op provinciaal niveau nog zoveel weten te bereiken, als je landelijke fractie het verprutst is al dat werk voor niets geweest. Aan de ene kant zou je dat tactiek kunnen noemen, aan de andere kant is dit voor de langere termijn een slecht signaal. Want waarom zou de burger zich dan nog inderdaad interesseren in lokale en provinciale politiek? Het hele gebeuren wordt door nota bene de partijen zelf op één hoop geveegd
Het debatteren, het uitdelen van flyers in dorpen en de stad Groningen, het organiseren van partijbijeenkomsten, het lijkt haar effect niet meer te hebben. Alle politieke partijen kunnen gaan nadenken hoe ze de kiezers wél bij hun partij betrekken. Het is niet voor niks dat de partijen op enkele uitzonderingen na te maken hebben met een kleiner wordende achterban. Juist dáár zou het lange termijnbeleid van partijen op gericht moeten zijn. En niet de korte termijnpolitiek van flyeren en uitdelen van cadeautjes. Want daar trapt de burger niet meer in.
Martijn Folkers