Debuut in Eredivisie smaakt naar meer
WINSCHOTEN – Anno 2014 is voetbal de snelst groeiende sport bij vrouwen. Daar waar de hockeysters jarenlang de boventoon voerden qua ledenaantal is het vrouwenvoetbal nu maatgevend in Nederland. De pas achttienjarige Devi Venema uit Winschoten is blij met deze ontwikkeling. Als doelvrouw van Eredivisionist SC Heerenveen hoopt ze op een doorbraak bij de vrouwen. Vorig jaar mocht ze al een aantal keren ruiken aan het grote werk, nu knokt ze zich naar een basisplaats.
Dat Devi Venema talent heeft, blijkt uit het feit dat ze bij de voorselectie zat van de Oranjemeiden onder 19. Ze viel af, en moest thuis vanaf de bank toezien hoe Vivianne Miedema Oranje naar het Europees Kampioenschap schoot. “Dat was balen, maar aan de andere kant was het al heel mooi dat ik bij de voorselectie zat”, vertelt ze. Venema legde het af tegen haar teamgenoot Nienke Olthof, Jennifer Vreugdenhil (ADO Den Haag) en Renate Verhoeven (PSV/FC Eindhoven). Toch bleek het de bevestiging dat Venema al langere tijd goed bezig is. Voor het eerst in haar leven werd ze uitgenodigd voor een nationaal jeugdteam. Dat dit niet zonder slag of stoot is gegaan, blijkt uit het grillige carrièrepad van Venema. Al op haar zesde werd ze lid van voetbalvereniging Heiligerlee. “Bij WVV wilden ze destijds geen meisjes en ik woon vlakbij Heiligerlee, dus de keuze was snel gemaakt”, vertelt ze. “Het klikte daar meteen, waarom zou ik dan ook verder gaan zoeken. Ik heb er vier jaar gevoetbald.” Na vier jaar als spits of linksbuiten te hebben gespeeld maakte een achillespeesblessure een einde aan haar ambities als veldvoetbalster. “De dokter gaf me twee keuzes: of ik zou moeten stoppen met voetballen of ik zou het als keepster kunnen proberen. Ik wilde absoluut niet stoppen, vond het voetballen veel te leuk. Dus ben ik maar keepster geworden.”
Doorzettingsvermogen
Een keuze die de jonge Devi Venema geen windeieren zou leggen. Het was gezellig bij Heiligerlee, maar de Kloosterholtjers konden haar geen keepertraining aanbieden. Daarom maakte de fanatieke keepster na zes seizoenen de overstap naar SC Scheemda. “Naast het keepen bij SC Scheemda sloot ik aan bij de Cambuur vrouwen onder 18, onder leiding van Tjamme Valk. Dat was echt een supertof jaar waar ik iedere zondag met veel plezier met de meiden trainde en daarnaast ook toernooien in het buitenland speelde. Zo herinner ik me een toernooi waar we eerste werden en waar ook een damesteam van Werder Bremen aan meedeed. Een geweldige tijd.” Voor Venema kwam er daarna echter slecht nieuws. Cambuur moest bezuinigen en Alex Pama, de voorvechter voor vrouwenvoetbal in Leeuwarden, vertrok. Gevolg was dat het vrouwenvoetbal verdween. “De Eredivisie voor vrouwen begon na dat jaar en de helft van ons team vertrok gelijk naar Heerenveen. Ikzelf ging op advies naar de dames van Muntendam, die op dat moment in de eerste klasse speelden. Achteraf gezien was dat een weggegooid jaar. De drie beste speelsters deden niet mee, twee waren zwanger en de derde raakte zwaar geblesseerd. We verloren heel veel wedstrijden. Niet leuk, als je zo je best doet en je er voor wilt gaan.” Venema liet het er niet bij zitten en wilde proberen om de stap naar het professioneel damesvoetbal te maken. Daarvoor was wel wat doorzettingsvermogen nodig, want vlak voor de selectiedagen van SC Heerenveen vrouwen raakte ze geblesseerd. “Dat was lullig, want hoe vaak maak je dat nou eigenlijk mee?” vervolgt Venema. “Ik heb een brace aangetrokken en daarover extra sokken en uiteindelijk ben ik geselecteerd.”
Zo jong, en al zo duidelijk een doel voor ogen, het is Devi Venema ten voeten uit. Want anno 2014 staat de doelvrouw nog altijd onder de lat bij de vrouwen van SC Heerenveen. Niet altijd als eerste keepster weliswaar, maar op haar zeventiende maakte ze thuis tegen Standard Luik toch maar mooi haar debuut in de Eredivisie. Eerste doelvrouw Nienke Olthof kreeg na een half uur spelen de rode kaart voor het neerhalen van een doorgebroken speelster. “Bij het snelle warmlopen dacht ik: nu moet ik het doen. Het begin was niet echt lekker, de vrije trap ging er direct in, maar we wonnen ‘m uiteindelijk wel. Normaal ben je vooral bezig om de ‘nul’ te houden, maar ik was zó blij met mijn debuut en de overwinning. Om nooit te vergeten.” Het bleef niet bij die ene wedstrijd, Venema kwam in haar debuutseizoen tot meerdere wedstrijden, zoals tegen Lierse SK, Leuven en FC Twente. “Mijn tweede wedstrijd was uit tegen Telstar en dat was ook een van mijn mindere wedstrijden tot nu toe. Ik was zenuwachtig, misselijk en was best wel gespannen. We speelden ook nog eens in het stadion. We verloren dan ook. Daarna ging het wel heel goed.” Nu gaat Venema haar tweede seizoen bij de selectie in. Opnieuw is Nienke Olthof haar concurrente voor een plekje onder de lat. Wat zijn de verschillen tussen de keepsters eigenlijk? “Nienke is meer een lijnkeeper, is langer dan mij en heeft een beter schot. Daarnaast ben ik explosiever en meer een meevoetballende keeper.” Daarnaast is Venema een trainingsbeest, iemand die er iedere training het maximale uit wil halen. “Ik hou wel van een pittige training, ja”, lacht ze. “Mijn doel was om het profvoetbal te halen en dat is gelukt. Voorlopig wil ik op dit niveau blijven en juist niet terug naar de amateurs.”
Offers
Om dat doel te bereiken moet Venema offers brengen. Veel offers. Ze woont nog thuis bij haar ouders en haar broer in Winschoten en heeft een weekschema waar je ‘u’ tegen zegt. Naast vier keer trainen plus een wedstrijd per week bij SC Heerenveen volgt ze de opleiding MBO Sport en Bewegen op het Johan Cruijff College in Groningen en voor die opleiding dient ze ook nog eens een aantal stageuren per week te maken. Met andere woorden, Venema is zes dagen per week druk in de weer. “Daardoor zie ik vrienden en vriendinnen wel minder en ik kan ook niet mee wanneer ze uitgaan ofzo”, vertelt ze. “In vakanties haal ik dat wel in, gelukkig ben ik geen enorm uitgaansbeest, haha. Alleen de zondag ben ik vaak vrij en die wil ik zo goed mogelijk benutten. Voor de rest is het vooral rusten en daarnaast bezig zijn met voetbal en school. Vaak eet ik doordeweeks pas om half tien ’s avonds en kruip ik daarna in bed.” Venema weet waar ze het echter voor doet. “Dit is het mooiste wat er is, ik hoop nog zo lang mogelijk te kunnen keepen. Voor het geld hoef ik het niet te doen, we krijgen een onkostenvergoeding. Het gaat me juist om de sport”, zo besluit Venema haar relaas.