STADSKANAAL – Iedere dag weer die wekker om exact half zeven in de ochtend voor weer een trainingssessie van vijf uur. Uur na uur, dag na dag en dat wekenlang. Wie een Ironman wil zijn moet zeker beschikken over een ijzeren mentaliteit. En over die mentaliteit beschikt Erik Millian Schöbel uit Stadskanaal. Hij is één van die atleten voor wie een ‘simpele’ triatlon allang niet meer genoeg is. Zeker niet nu de kop eraf is en hij zijn eerste officiële Ironmanwedstrijd heeft volbracht. Samen met 27 andere Nederlanders stond de 28-jarige atleet uit Stadskanaal aan de start van de klassieke langeafstandstriatlon op het eiland Lanzarote. Daar volbracht hij een worsteling met vooral zichzelf. Een worsteling van 3,86 zwemkilometers, 180 kilometer op de fiets en ruim 42 kilometer te voet. “Want daar ligt de uitdaging”, vertelt Erik Millian. “De wedstrijd met jezelf aangaan, jezelf verbeteren. Al doet het nog zo’n pijn, die eindstreep komt steeds dichterbij.”
Het is nu zo’n twee jaar geleden dat sportfanaat Erik Millian Schöbel begon met een triatlon. Samen met een vriend zou hij het klusje klaren. Onderweg keken de heren elkaar aan en maakten een afspraak: “Als we finishen, dan gaan we meedoen aan een Ironmanwedstrijd.” En zo geschiedde. Het dappere tweetal passeerde de finishlijn en hield woord door te gaan trainen voor de triatlon aller triatlons, de Ironman. “Want wie A zegt, moet ook B zeggen.”
Vanaf dat moment werd de wekker iets vroeger gezet in huize Schöbel en werden de trainingsuurtjes opgeschroefd. “Ik sta tegenwoordig om half zeven op”, zegt Erik Millian. “Rond de klok van zeven sta ik in mijn zwembroek voor de eerste training van de dag. Tijdens de Ironmanwedstrijden wordt er zo’n vier kilometer gezwommen. Dat lijkt misschien niet veel, maar echt, als je in het water ligt is die eerste boei ver weg. Heel ver weg.” Per week zwemt de atleet een goede vijftien kilometer. Daarbovenop komen de trainingen voor het fietsen en het hardlopen. “Je fietst al snel tweehonderd kilometer per week”, weet hij. “Plus vijftig kilometer hardlopen. Bij elkaar train ik 20 uur per week om mezelf klaar te stomen voor een Ironmanwedstrijd.” En dat allemaal naast zijn werk. “Waar ik overigens geluk mee heb. Ik werk in de middag en in de avonduurtjes, daardoor heb ik de ochtenden vrij en veel tijd om te trainen. Bovendien heb ik een kantoorbaantje waardoor ik rustig kan herstellen van de wedstrijden.” Want herstellen moeten de atleten zeker na een harde worsteling met de natuur en zichzelf. “Het duurt ongeveer een jaar om jezelf op te trainen naar de afstanden die je moet afleggen tijdens een Ironmanwedstrijd”, weet Erik. “Na een wedstrijd ben je een volle maand aan het herstellen. De wedstrijd in Lanzarote was op 21 mei, twee weken later had ik nog altijd last van mijn knieën tijdens het koppelen in de auto. Op zich is dat natuurlijk ook best logisch, met de laatste wedstrijd ben ruim dertien uur bezig geweest. Dat is vrij heftig voor het lichaam.” Toch schrikt Erik Millian niet terug van de pijn, de herstelperiodes en de zware trainingen. Sterker nog, hij heeft nieuwe doelen. Eind oktober wordt het jaarlijkse Ironman wereldkampioenschap in Hawaï gehouden en daar wil de Knoalster bij zijn. “Dat is inderdaad het ultieme doel van dit jaar”, klinkt Erik Millian vastberaden. “Daarvoor moet ik me echter wel kwalificeren. Aangezien mijn eerste Ironman op Lanzarote een mooie ervaring was, maar niet goed genoeg voor kwalificatie zal ik er minstens nog één moeten doen. Ik kan me kwalificeren door het gewoon in één keer goed te doen en een top drie te halen, of door mee te doen met meerdere wedstrijden en hopen dat je er uiteindelijk bij zit.” De 28-jarige weet nu wat hij kan én moet verwachten bij een Ironmanwedstrijd. En vooral ook wat hij niet moet doen. “Zoals Red Bull drinken”, lacht hij. “Normaal gesproken drink ik wel cola tijdens een wedstrijd, dat is goed om de suikers weer aan te vullen. Ik dacht dat Red Bull hetzelfde effect zou hebben. Nou dat heb ik geweten!” Met helse pijnen heeft hij de wedstrijd uitgelopen, met als eindresultaat –alsnog- een verdienstelijke 54e plaats in de leeftijdscategorie 25-29 jaar. “Daar zit dus nog zeker ruimte voor verbetering”, stelt Erik Millian. “Ik wil proberen bij de top uit mijn leeftijdscategorie te finishen. Samen met mijn trainer werk ik daar hard aan.” Goede begeleiding is sowieso essentieel in de duursport van Schöbel. Erik Millian is dan ook blij getraind te worden door een oud-prof. “Dat is zeker een voordeel”, weet hij. “Mijn trainer kent de klappen van de zweep, weet wat er gevraagd wordt en hoever ik kan gaan. Het blijft een duursport over lange afstand, er is altijd het gevaar dat je net iets teveel van jezelf vraagt waardoor je je ‘motor’ opblaast.” Een gevaar dat de atleet al eens aan den lijve heeft ondervonden. “Vorig jaar ging het mis in de triatlon op Lanzarote”, herinnert Erik Millian zich. “Met mijn kameraad liepen we achter een groepje aan met het idee dat zij het wel zouden weten. Nou, niet dus! We waren veel te hard begonnen met hardlopen, waardoor we al vrij snel op een hartslag van 180 zaten. Echt, dan loop je die 21 kilometer met veel pijn. Al die deelnemers hebben elkaar daar gewoon massaal gek gemaakt, met alle gevolgen van dien. Je lichaam kan het, maar je geest wil niet meer.”
Dan toch de grote vraag. Al dat trainen, die strenge leefstijl en de vrije tijd die erin gaat zitten. Zal dat een jonge man als Erik Millian nooit eens gaan vervelen? “Zeker wel”, biecht hij eerlijk op. “En dat moet ook. Zie het als een seintje dat je er klaar bent. Zodra je denkt ‘waar doe ik het allemaal voor’ is dat moment bereikt en is het tijd om alle trainingen te gebruiken in een wedstrijd.” Verder zegt de gedreven atleet niet anders te willen. “Het geeft mij veel voldoening om aan mezelf te werken, steeds beter te worden en te zien waar de limiet ligt.”
Terug naar Hawaï. Het grote doel. Het jaarlijkse Ironman wereldkampioenschap. “Ik ga de komende maanden kijken wat ik kan”, zegt hij zelfverzekerd. “Er zijn 41 wedstrijden, waaronder een paar hele mooi in Denemarken, Frankfurt en Maastricht. Uiteindelijk hoop ik me begin september in Engeland te plaatsen voor het WK. Eind oktober is de wedstrijd in Hawaï. Daar zit precies genoeg tijd tussen om te herstellen en weer op te bouwen voor de volgende Ironmanwedstrijd. Hawaï… Dat zou mooi zijn om mee te maken.”