Van modderpoel tot gloednieuw kunstgrasveld
TER APEL – Er zit weer muziek in de Rooms-Katholieke basisschool Bonifatius in Ter Apel. Op verschillende manieren bereidt de school zich voor op de toekomst. Niet alleen is er in de zomervakantie een kunstgrasveldje aangelegd voor de voetballende jongens en meisjes, ook worden er op het gebied van onderwijs diverse ontwikkelingen doorgevoerd. Met deze maatregelen hoopt directrice Anja Teuben de school voor te bereiden op te toekomst.
Met de komst van het kunstgrasveld kunnen de kinderen van de school zich weer uitleven. Dat was tot aan de zomer van dit jaar nogal lastig, want het veld was door de weersomstandigheden en de hoge belasting van de leerlingen omgeturnd tot een modderpoel. “We hebben op deze school best veel voetballers en het veld werd door hen goed bemand”, lacht directrice Anja Teuben. Met andere woorden, er was op een gegeven moment geen grasspriet meer op het veldje te vinden. Tijd om daar iets aan te doen. Met behulp van een externe sponsor is het veldje gerealiseerd. “Geweldig”, vindt Teuben. “Nu blijven de klaslokalen verstoken van modder en zand…” De komst van het kunstgrasveldje is niet het enige waar de Rooms-Katholieke basisschool Bonifatius mee bezig is. Ook wordt er momenteel hard gewerkt om maatschappelijke ontwikkelingen in het onderwijs door te voeren. Zo heeft de school werk gemaakt van de digitalisering in het onderwijs en is het vorig schooljaar een pilot gestart bij de leerlingen van groep zes. “Tijdens deze pilot leerden de leerlingen vorig jaar door middel van i-pads digitaal rekenen”, vervolgt ze. “Daar gaan we dit jaar mee verder. Het digitale onderwijs wordt niet per sé middels een i-pad uitgevoerd, kinderen kunnen ook op de laptop of op de computer werken.” Daarbij werkt Bonifatius ook aan de ontwikkeling van haar leerlingen. De tien minutengesprekken zijn vervangen door kwartiergesprekken en in deze gesprekken met leerlingen wordt hun prestatiecurve besproken. “We hebben de lat inderdaad wat hoger gelegd”, benadrukt Teuben. “We willen dat ouders en kinderen anders omgaan met leren. Dat gaat natuurlijk spelenderwijs, kinderen merken het door de hele school heen. Het heeft met de tijdsgeest te maken, in deze tijd moet een kind deze vaardigheden beschikken.” De pilot die Bonifatius uitvoerde bij groep zes slaagde glansrijk. “Voorafgaand aan het traject dachten we dat de opbrengst wel eens naar beneden zou kunnen gaan. Niets was minder waar, want de opbrenst van de leerlingen is juist omhoog gegaan. Ze presteerden beter, vandaar dat we besloten hebben de pilot uit te bouwen tot een onderwijsvorm voor de hele school.”
Peuterschool
Daar zijn de ambities van de Rooms-katholieke basisschool niet gestopt, want Teuben heeft besloten om een peuterschool te starten. “Dat hebben we bewust gedaan, zodat de doorgaande lijn van peuter naar kleuter onder één dak kan plaatsvinden. Bovendien werkt het voor ouders, die bijvoorbeeld een kind naar de peuterschool brengen en het andere kind naar de basisschool. Het wordt hen hierdoor gemakkelijker gemaakt. Verder komt deze keuze het onderwijs ten goede. De peuterschool en de kleuterschool gaan heel veel samenwerken qua thema’s. Het ziet er wat dat betreft heel goed uit.”
Al deze maatregelen moeten de school op den duur weer de broodnodige ‘boost’ gaan opleveren. Met ruim 120 kinderen is het leerlingenaantal weliswaar stabiel, in een krimpende regio dien je je als school te profileren en te onderscheiden. Teuben, die in 2012 aantrad als directrice, wil door deze innovatieve lijn in te zetten de Rooms-katholieke school het duwtje in de goede richting geven. “Ik hou van vernieuwen, soms misschien wel iets te veel”, glimlacht ze. “Maar het geeft me veel energie. Gelukkig staat het team en de MR achter me. Sommige ouders hadden bij aanvang wel enige bezwaren, maar met deze ouders heb ik allemaal een persoonlijk gesprek gehad. Nu merk ik dat ouders juist heel enthousiast zijn. Je kunt voor of tegen de digitalisering zijn, feit is wel dat je er niet meer onderuit kunt.”
Wat betreft de fysieke aanpak van het speelkwartier van de kinderen, naast het voetbalveld kan ook het basketbalveld een opknapbeurt tegemoet zien. “We denken erover na. We hebben dit met het team besproken en kijken wat we gaan aanpassen en of we bijvoorbeeld de ondergrond willen aanpakken. Zo blijven we inderdaad bezig, maar dat maakt niet uit. We willen vooruit en daar gaan we voor.”